POLO Architects

POLO Architects

Poëzie van volumetrie

 

Soms is architectuur zo fijngevoelig dat ze bijna poëtische vormen aanneemt. Dan is er geen eensluidende betekenis meer, enkel nog interpretatie. Dan biedt het ontwerp zich in al zijn gelaagdheid aan voor telkens weer andere lezingen, waarbij elke rationaliteit vervloeit tot iets gevoelsmatigs. Dan wordt het louter esthetische en functionele overschreden en blijft er alleen nog suggestie over. Zoals poëzie mag ook architectuur tot nadenken stemmen. Ze mag de verbeelding prikkelen, als een tastbare vorm van emotie die door iedereen anders kan worden ervaren. In het uiterste zuiden van Spanje heeft POLO Architects het haciëndagevoel op welhaast lyrische wijze geïnterpreteerd. Het architectenbureau concipieerde er een royale villa volgens een speels concept van oriëntatie en volumetrie, van wat is en wat kan zijn, waarbij de werkelijkheid wordt herleid tot een afgeleide van zichzelf. Daar lijkt het alleszins op.

 

Binnenstebuitengevoel

Bijna onzichtbaar gaat ze op in het landschap. Meer nog, ze is er als het ware uit geschapen. Gebouw en omgeving komen haast organisch uit elkaar voort. Alleen enkele ramen wekken de illusie dat er meer is. Op een zorgvuldig gekozen locatie plantte POLO Architects een adembenemende woning neer met de aanschijn van een middeleeuwse burcht. Ze is gelegen langsheen een vallei die uitkijkt op het dorp  met daarachter de zee. Op de site troepen sinaasappelbomen samen, terwijl hun aroma zich vastklampt aan de lucht. Hier en daar zoekt een occasionele olijfboom de zon op. Bomen, struiken, grassen, zelfs de natuurlijke glooiingen van het terrein werden door het architectenbureau onaangeroerd gelaten. Bestaande verharde terrassen vormen de aanzet tot de villa, die op haar beurt lijkt te zijn verwekt uit de breukstenen muren die het perceel doorklieven. ‘De topologie van de terrassen vormt de basis van het gebouw’, legt David Bulckaen uit, die het hele project leidde en begeleidde. ‘Terwijl die natuurlijke nivellering een eerste ritme oplegt, neemt de woning de bestaande muren over die doorheen het terrein lopen. Tussen die keerwanden ontstaat het huis dat is opgevat als een kruising tussen een traditioneel kasteel en een hedendaagse Spaanse haciënda.’ Aan het bepalen van de locatie gingen heel wat tijd en studie vooraf. Het gebouw is erop gericht om zo maximaal mogelijk te kunnen genieten van zowel het uitzicht en de zon als het licht. Bovendien ligt het met de rug tegen de wind in die soms stevig aanwakkert vanuit de vallei. Vanuit die beschermende functie maakt de woning een omarmende beweging rond een centrale patio, geconcentreerd rond een buitenhaard en voorzien van een grote pergola die voor schaduw zorgt. Dat omsluitende gebaar maakt dat er buiten een immateriële leefruimte ontstaat. ‘In het zuiden trekt het klimaat je naar buiten. De opzet van de villa is dat de grens tussen interieur en exterieur vervaagt. Binnen en buiten versterken elkaar. Op elk vlak. Van de locatie tot de oriëntatie en het materiaalgebruik. Met dit project willen we laten zien dat architectuur niet stopt bij de schil, maar dat ook de manier waarop je omspringt met de binnenkant bijdraagt aan de totaalervaring van een gebouw.’

 

Architecturale wandeling

Als je de woning betreedt lijkt het wel alsof ze je meeneemt op een promenade architecturale. Bijna intuïtief leidt ze je van ruimte tot ruimte, van kamer tot kamer. Bij het binnenkomen ontsluit zich een langgerekte gang die aan een zijde volledig is begrensd door glas en de door imposante muren omsloten patio zichtbaar maakt. Een besloten gevoel maakt zich van je meester. Stap je de gang door naar links, dan opent zich een andere wereld. De keuken maakt gebruik van immense glaspartijen die een onthullend zicht bieden op de vallei, het dorp, de zee. Open je bovendien het raam ter hoogte van de patio, dan versmelten binnen en buiten helemaal met elkaar. In het midden van de ruimte situeert zich een sculpturaal eiken blok met ingewerkte grepen, blinde deuren en laden. Daarboven bungelt een stalen luifelstructuur die plaats maakt voor decoratie en benodigdheden. Op de vloer liggen massief eiken planken waarin het reliëf en
de knopen mee het robuuste karakter van de woonst onderstrepen. Een elegante stalen deur biedt toegang tot de aanpalende woonkamer. ‘Hier kozen we voor een eerder introverte ruimte, geconcipieerd rond een open haard’, legt Bulckaen uit. ‘Aan het plafond is een balkenstructuur aangebracht die het gevoel van geborgenheid versterkt. Ter hoogte van de kopse wand is ook de muur in breuksteen zichtbaar gebleven. Deze ruimte straalt een zekere warmte uit. Bovendien zorgen kleine raampjes met zicht op de voordeur voor een speels accent, terwijl ze ook dienst doen als natuurlijke ventilatie zodat de ruimte te allen tijde koel blijft.’ Keren we terug naar de gang, dan begeleidt die je in een bocht richting de trap die de scheiding tussen het openbare en private gedeelte markeert. Daar liggen drie slaapkamers zijdelings naast elkaar, telkens op een ander niveau vanwege de natuurlijke glooiing van het terrein. Elk vertrek heeft zijn eigen badkamer en inloopdouche, terwijl het bed is gepositioneerd voor een plafondhoog raam dat uitkijkt op een eigen tuintje, afgebakend door de bestaande muren waaruit de ruimtes lijken voort te komen. Voorbij de laatste kamer sla je af richting de masterbathroom die links uitgeeft op een verzonken patio en rechts uitloopt in de masterbedroom. Die laatste is georiënteerd op het zwembad. Door een schuifraam kom je op een terras dat via enkele trappen terug naar het omsloten buitengebied leidt.

 

Eerlijkheid en homogeniteit

De optimale integratie van het gebouw in het landschap komt op verschillende vlakken tot uiting, niet het minst in het materiaalgebruik. Elk element, zowel binnen als buiten, komt voort uit de directe omgeving of is op zijn minst typisch voor de streek. Overal merk je de homogene voortzetting van de materialen, waarbij de confrontatie van het robuuste, eerder traditionele met strakkere elementen maximaal is doorgetrokken. ‘Hout is hout, staal is staal, beton is beton. In het hele huis is er niets artificieels aanwezig’, aldus David Bulckaen. ‘We wilden een zo eerlijk mogelijk materiaal- en kleurpalet. Staal bijvoorbeeld werd gelast, geschuurd en vernist met een natuurlijke patine. Waar mogelijk werd glas geplaatst om de directe relatie met het landschap te accentueren. De breuksteen aan de schil van de woning werd op de site zelf gewonnen en op een specifieke manier verwerkt. Bovenop het gebouw is ook een groendak aangelegd, dat er mee voor zorgt dat hier op een natuurlijke manier wordt gekoeld.’ Om de robuustheid en het monolithische karakter van het gebouw te breken werden bepaalde muren bekleed met een betonachtige structuur die in lagen werden aangebracht. In samenwerking met een plaatselijke aannemer werden granulaten, water en zand vermengd tot een korrelige afwerking die qua kleur aansluit bij het bepalende palet. In de natte ruimtes overheerst travertin die ook op bepaalde punten buiten terugkeert. Op het terras werd het materiaal bijvoorbeeld in tegelvorm aangelegd in combinatie met stroken beton. ‘Travertin is herkenbaar aan de diverse warme kleurschakeringen die uiteenlopen van warm beige tot diep bruin. Het is een natuursteen die leeft, met een ziel. Een heel tektonisch materiaal dat er bij elke aanblik weer anders uitziet en zo ook de gelaagdheid van dit project weerspiegelt.’

 

Licht als architecturaal gegeven

Niet alleen hout, beton en steen bepalen het karakter van de villa. Ook licht maakt voor POLO Architects deel uit van de taal om een woning te materialiseren. Het lichtconcept kwam op een heel overwogen manier tot stand in samenwerking met een Italiaans studiebureau. ‘Het uitgangspunt is tweeledig’, verduidelijkt Bulckaen. ‘In de eerste plaats beschouwen we licht als een architecturaal gegeven. Het draagt integraal bij aan het ontwerp. In het verlengde van die gedachte hebben we armaturen geweerd, om op andere manieren te zorgen voor reliëf binnen het concept. Het tweede luik van het lichtplan gaat uit van een veelvuldig gebruik van glas, waarbij de beleving buiten andermaal wordt gekoppeld aan die binnen. Om en rond het gebouw integreerden we namelijk verlichting op strategisch plaatsen die de woning van buitenaf van licht voorzien.’ Doorheen de hele woning werden lichtpunten geplaatst die in relatie tot elkaar zorgen voor een subtiel spel van licht en schaduw, vaak asymmetrisch van elkaar, afhankelijk van het doel van de betreffende ruimte. In de gang bijvoorbeeld loopt er een lichtlijn langsheen de hele wand ter hoogte van de vloer. In samenklank met de verlichting aan de steunbalken van de pergola wordt de villa zo op heel specifieke plaatsen van licht voorzien. Ook de bomen in de tuinen van de slaapkamers worden uitgelicht, waardoor je ’s avonds nog maar eens het gevoel krijgt dat de ruimtes verder doorlopen tot buiten. Licht wordt zo haast symbolisch voor alles wat deze woning speciaal maakt. Daar lijkt het alleszins op.

 

Tekst:Bart De Maesschalck
Foto’s: Milena Villalba

 

POLO Architects
Tavernierkaai 2, bus 28 – 2000 Antwerpen – t. 03 225 18 84
Havenlaan 86C bus 409 – 1000 Brussel – t. 02 486 02 86
info@polo-architects.bewww.polo-architects.be

Maria Diaz Blanco Arquitectura
Consell de cent 329, 2º 2ª A – 08007 Barcelona
t. +34 933 25 89 08
info@mdbarchitects.comwww.mdbarchitects.com